Vakantie op Sardinië 1
Nooit eerder geweest, Sardinië. Maar een goede kennis, die ruim acht jaar geleden de Suzuki Bandit van mij overnam, is er kind aan huis. Ik zag zijn vakantiefoto’s op Facebook, Olga en ik keken ernaar en dachten, poehééé, da’s mooi, en het gevolg is dat wij vandaag op Olbia landen voor een vakantie van twee weken. In een appartement dat we op zijn advies geboekt hebben. Dat vliegen gaat probleemloos. Als ze die piloten voldoende betalen en die jongens geen zelfmoordneigingen hebben dan is er geen vuiltje aan de lucht. Maar dan. Zonder auto is zo’n eiland bezoeken onhandig en dus hebben we vooraf zo’n ding gehuurd. Via CarDelMar die de handel weer onderbrengt bij een lokale partner. Weet ik veel. Niet op gelet. Targetrent heet de partner. We stappen de aankomsthal van vliegveld Olbia uit en lopen naar het terrein waar alle grote verhuurders bij elkaar zitten. Dat is handig. Een grote verzamelhal met tientallen balies. Ik speur de borden af…geen Targetrent. Het zal weer eens niet. Targetrent is vermoedelijk zo’n winkel die gerund wordt door Neanderthalers. Van die jongens vol tattoo’s en een wolk vliegen rond de oksels. Die knapen waar je ruim omheen loopt bij de lokale supermarkt. We kijken de papieren na. Er staat iets over een shuttle en we vinden een telefoonnummer. De shuttle zien we niet. Ik bel dat nummer. Een dame neemt op, ik draai mijn verhaal af en de dame mompelt iets over “wait for our driver” in Engels dat net zo beroerd klinkt als het Nederlands van wijlen prins Bernhard. Dus “we wait”. Maar na een minuut of twintig toch maar weer bellen want geen shuttle. Olga wordt aangesproken door een chauffeur die vraagt waarop we wachten. Hij blijkt van een andere verhuurder. Daar hebben we niks aan.
Na haast een uur wachten en diverse telefoontjes die niet meer worden opgenomen vind ik het kantoor van Targetrent op Internet. Het ligt net buiten het vliegveld, volgens Google. We besluiten om ernaartoe te lopen. Da’s best pittig, met drie rolkoffers en een rugtas terwijl het tweeëndertig graden is. Eenmaal op weg en bij een rotonde aangekomen twijfelen we over de juiste afslag. Als we verkeerd lopen wordt dit een onderneming waarmee we de kranten halen, zo vrezen wij. Dan rijdt ineens eerder genoemde chauffeur voorbij. Hij toetert, stopt en vraagt in goed Engels wat er aan de hand is. Hij biedt aan ons naar het kantoor van Targetrent te rijden. Een lieve schat, die chauffeur. Een zoen wil hij niet van mij aannemen. Dan maar niet. Het kantoor ligt achteraf achter een gebouw en er staat een klein bordje Targetrent op de deur. We zouden het nooit gevonden hebben. We stappen uit, de chauffeur helpt ons met de koffers, geld wil hij niet hebben. Service van de zaak.
Olga stormt het kantoor binnen en roept dat ze boos is. En als Olga boos is, verstop je dan gerust achter de gordijnen. Achter de balie zit een keurig, vriendelijk meisje dat zichtbaar schrikt. Er is geen Neanderthaler te ontdekken in het hele kantoor. We vertellen ons verhaal en het meisje, dat ook prima Engels spreekt, is vol medeleven en ze meent het. Omdat bij mij het zweet in beken van mijn hoofd druipt en door de bilnaad klotst geeft ze me muntjes voor een fles water uit de automaat. Da’s lief. Het door mij gebelde nummer is haar onbekend. Ja, het staat duidelijk op mijn papieren, maar bovenin staat een ander nummer in kleine letters en dat is het goede. Maar dat heb ik niet gebeld. Dus. Wie ik dan wél aan de lijn heb gehad? Geen flauw idee. Zwarte Lola? We krijgen een grotere auto dan we besteld hebben, zonder extra kosten. Om de sores te compenseren. Ze helpt ons uitputtend met alle vragen die we hebben. Ze is een schat. Zij ook al. De dieseltank van de auto blijkt bijna leeg, waarschuwt ze. Het wordt aangetekend op onze bon en we hoeven bij terugkomst geen volle tank af te leveren. Ook al netjes. Schimmig gedoe over extra verzekeringen dat we meemaakten in Malaga, niets van dat alles. We nemen de auto mee en gaan op pad. Zoeken naar een benzinepomp.
Die vinden we vrij snel maar er achter zien te komen hoe de enkele betaalautomaat werkt is een opgave. Ook voor de hele rij mensen die erbij staan te wachten trouwens. De automaat is een schoolvoorbeeld van hoe het niet moet. Een Sardijn, die goed Engels spreekt, helpt me door de procedure heen. Een aardige vent. Alweer. We tanken en kunnen eindelijk het gehuurde appartement gaan zoeken. Dankzij Google Maps is dat een peulenschil. Nee, de auto heeft geen TomTom. Ook dat heeft het aardige meisje verteld. En nee, ik wilde er niet apart één huren.
Appartement gevonden. Vriendelijke meiden aan de receptie helpen ons in prima Engels. We krijgen een welkomstdrankje. Dan douchen en daarna dineren in het restaurant. Allemaal goed. Ook hier worden we vriendelijk en voorkomend geholpen. Als dat zo blijft de komende twee weken, met al die vriendelijke, aardige, voorkomende Sardijnen die Engels spreken, dan ga ik gillen. Of voorgoed emigreren.
Hilariteit ten top weer ?, maar een fijne vakantie
Fijne vakantie Ron en Olga. Het is heerlijk eten daar !