Een quickie Sauerland
Zaterdag heen, zondag terug. Gekkenwerk? Welnee. Waarom?
Behalve mijn honderdvijfenzeventig pk in de KTM hebben we ook nog één pk in een manege staan. Bill heet ie. Eigenlijk Bilboa maar dat doet teveel aan de Rocky films van Sylvester Stallone denken. Dus heeft mijn vrouw, Olga, het ingekort naar Bill. Een ontzettend leuk en lief paard. Niet dat ik er verstand van heb. Geen moer, eigenlijk. Het dier eet hooi en het hinnikt. Veel verder kom ik niet. Olga wel. Dat is een paardenmens. Al haar hele leven, ongeveer. Er is wel een dingetje. Zo’n beest moet bewegen. Daar zorgt Olga voor. Elke dag. Erop of lopend ernaast, dat maakt niet uit. Alhoewel erop doorgaans haar voorkeur heeft. En ze is daar ook goed in. Dat ook. Druk dus ook in het weekend. En dit weekend is er het jaarlijkse dingetje op de manege. Iets met concours of zo. Dus is Olga extra druk. Nog drukker als anders. Prima, maar met deze weersvooruitzichten…
En dus bedacht ik vrijdagmiddag om maar even naar het Sauerland heen en weer te rijden. De routes heb ik nog van de Hemelvaart toen ik met Horizon Reizen er rondhing, euhhh….reed. Hoe moeilijk kan het zijn? Wat het complexer maakt is dat ik ook op zaterdagochtend een uur tennisles heb. Dat wil ik niet missen want zonde van de centen. En die lessen zijn leuk. Dat ook. Wat het nog complexer maakt is dat op zondagmiddag om even over drie Max Verstappen zijn kunsten in Oostenrijk gaat vertonen. En dat wil ik niet missen. Ma ook niet. Huh? Ma, schat van een mens, mijn schoonmoeder feitelijk, is Formule-1 fan. Eigenlijk meer een Max-fan maar dat is niet meer dan een kleine nuance. Ma, ze is vijfentachtig geloof ik, lult dus dapper mee over alles wat met Formule-1 te maken heeft. En fanatiek! Dat is dus leuk. Wie heeft er nou zo’n schoonmoeder? Ikke. En dus kijken we samen naar Max. Bij ma thuis. Gezellie. Alles bij elkaar heeft mijn Sauerland trip een krap schema. Een héél krap schema. Hoe dat op te lossen? Door wat vlotter te rijden.
Zaterdagochtend staan de zijkoffers en tanktas gepakt. Top. Dan tennissen en als dat erop zit snel douchen, aankleden, de koffers aan de brommer hangen en gáán met die banaan. Om half twaalf rijd ik de straat uit. Vanwege het schitterende weer is het niet heel druk op de weg. Iedereen staat in de file naar het strand. Ik wil juist de andere kant op. Dat lukt voortreffelijk. In Nederland houd ik het op een gezapige honderdveertig maar als ik de grens over ga richting Keulen wordt het een kruis van honderdtachtig. Met het weinige verkeer op de autobahn schiet dat lekker op. De KTM ligt er geen seconde wakker van. Dat is en blijft een fantastisch ding. Ik weet dat vanwege de rare bandencombinatie de brommer boven de tweehonderd een neiging tot pendelen krijgt maar zover laat ik het niet komen. Hoeft ook niet. Alhoewel de KTM ook dat gemakkelijk aan kan. Met ander rubber eronder. Hoe dan ook, het blijft kicken hoe snel dat ding naar de tweehonderd accelereert. Rijden op de snelweg is een saaie bezigheid maar niet op de KTM. Een beetje irritant is dan dat ie bij starten steeds zanikt over Service. Jahaaaa, ik weet het! De dertigduizend kilometers zitten erop. Een grote beurt. Weet ik ook. De afspraak is al gemaakt. Dat is een hele dure beurt! Jahaaaa, weet ik ook!
Tegen twee uur. Ik neem ergens onder Keulen een afrit en dan mag een Horizon route naar Winterberg het feestje compleet maken. Die route heb ik eerder gereden en hij is prachtig. Omdat het Sauerland prachtig is. Als de zon schijnt zoals nu. Het tempo gaat flink omlaag. Dan zie ik tenminste wat van de omgeving. Groen, dalen, heuvels, bossen, dorpjes, slingerwegen, véél slingerwegen, vakwerkhuizen. Genieten. Echt! Rond half zes rijd ik Winterberg binnen. Het is er ronduit stil. Hotel zoeken. Links aan de straat een flinke uitspanning. Het ziet er gemütlich uit. Veel auto’s voor de deur dus hier gebeurt het. “Der Brabander” staat er op een groot bord. Ik besluit om even te kijken. Dan wordt het grappig als zo’n beetje alle informatie op de gevels in het Nederlands staat. Ik kan me in het Duits redden maar dit is natuurlijk wel handiger. Een kamer blijkt geen enkel probleem. Er is een zwembad en een sauna. Allemaal goed. “En we hebben vanavond life muziek op het terras”, meldt de vriendelijke receptioniste. Helemaal leuk. Ik zet de motor in de garage, slinger de spullen op de kamer en dan linea recta naar het zwembad. Daar aangekomen ontdek ik dat zwemmen in een spijkerbroek niet handig is. Oei. Foutje. Terug naar de kamer en zwembroek aan. Jazeker, die heb ik meegenomen. Daarna een frisse duik. Nou, met een watertemperatuur van tweeëndertig graden niet zo fris. Het voelt een beetje als zwemmen in lauwe zeik. Niet dat ik daar ervaring mee heb maar zo voelt het. Waarschijnlijk is het spul zo warm vanwege de gemiddelde leeftijd van de gasten van Der Brabander op dit moment. Rond de drieënnegentig. Kan ook vierennegentig zijn. Ik kijk niet op een jaartje. Natuurlijk hebben die mensen groot gelijk. Ik hoop dat ik over dertig jaar ook een rollator bij der Brabander in de rondte mag duwen. Ik teken ervoor. Echt. Dan moet er wel een stevig motorblok in liggen. Ja kom zeg. Ik gaat me een beetje de pleuris duwen achter zo’n ding.
Het buffet is meer dan uitstekend. Als je het tenminste te pakken hebt gekregen want een lopend buffet. De keuze is reuze. De bediening, voornamelijk Nederlands, is attent en supervriendelijk. Nee, ik overdrijf niet. Bij Der Brabander is de klant overduidelijk koning. En zo hoort het ook. Mijn glas is nog niet leeg of een serveerster vraagt of ik een nieuwe wil. Graag mevrouw. Dan even naar de kamer in afwachting van de life muziek. Het raam op mijn kamer staat open wat maakt dat ik de eerste noten om mijn oren krijg. “It’s a Rhinestone Cowboy”, hoor ik ineens. Huh? Glen Campbell? Leeft ie nog? Zo te horen wel. Even Googlen. Nee, niet. Die is echt de pijp uit. Wat staat hier beneden dan te jammeren? Een aardige knul met een gitaar, zo blijkt. Kolere. Ik pieker. Zal ik hem gaan vertellen dat ie dood is? Nee. Da’s niet aardig. En de mensen vinden het leuk zo te horen aan het applaus dat via mijn raam naar binnen komt. Dat snap ik best. Glen was voor deze mensen wat André Hazes junior voor de hedendaagse jeugd is. Wat mij betreft mag Glen zijn kanis houden. Als je lekker vlug in slaap wilt vallen, luister naar Glen! Ik doe het raam dicht, Glen verstomd evenals die pleurisgitaar van hem. Geen zin meer om naar dat terras te gaan. Glen kan de kolere krijgen. Gelukkig is er goede wifi. Op Netflix vind ik een spannende film. Klaar voor vanavond.
De volgende ochtend is het ontbijt opnieuw meer dan voortreffelijk. Het buffet loopt nog steeds. Die paar drankjes afrekenen bij de receptie en om half negen rijd ik weg. Opnieuw een stuk route van Horizon. Opnieuw genieten. Opnieuw schitterend weer. Ik houd de route drie uur vol tot ik een stadje genaamd Olpe binnenrijd. Ik heb met mezelf afgesproken om hier de autobahn weer op te zoeken want die is hier vlakbij. En Olpe ligt een flink stuk westelijk van Winterberg. Eerst nog even een cappucino op een prettig terrasje in de zon en dan los. Op de autobahn kan de KTM een gangetje van rond de honderdtachtig of nog iets daarboven gemakkelijk volhouden zodat ik vlug weer bij de grens ben. Dan is het oppelepop want nu wel druk op de Nederlandse snelweg, euhhhh….weg. Snel is niet het goede woord. Het gebruikelijk beeld. Drie of vier rijstroken, de Nederlandse automobilist kan niet kiezen en dus rijdt iedereen gewoon op de derde of vierde baan. Met zomaar een knappe negentig km/u. Ik besluit dan maar om er rechts voorbij te gaan. Het mag niet. Ik weet het. Excuus.
Ruim op tijd bij ma in Nieuwegein zien we Max Verstappen voor de vierde keer in zijn carrière een race winnen. In een Red Bull op de Red Bull Ring in Oostenrijk. Ik juich en ma juicht met me mee. Het weekend kan niet meer stuk. En de brommer noteert weer negenhonderd kilometer extra. Maar da’s bijzaak.