Alweer een rondje Frankrijk – 3

De weerberichten voor vandaag zijn matig maar als ik om half acht ‘s-ochtends uit het raam kijk zie ik toch droog weer en stukjes blauwe lucht. Het doel vandaag is een gat dat Allevard heet. Ergens net boven de Franse Alpen. Warm is het niet. Een graad of vijftien. Een heel verschil met gisteren. Het scheelt haast de helft. De weg is ook nog een beetje nat. En ik ga ergens de grens over, Zwitersland in. Dat had Maurice al aangegeven. Die Zwitsers draven nogal door met verkeersovertredingen en bekeuringen. Allemaal genoeg factoren om het gewoon even piano te doen en mijn zonden te overdenken. In dit rustige tempo kan dat makkelijk. Het maakt ook dat ik nog even terugdenk aan die saucisse van gisteravond. Die Hema worst waar we een uur op moesten wachten en die daarom extra lekker smaakte. Toen ik hem doorslikte hoorde ik “kloenk!” toen ie onderin mijn maag plofte. Ik heb er een flink deel van de nacht een hoop plezier aan beleefd.

De rit is opnieuw weer schitterend. Regen? Geen regen. De hele dag niet. Het wordt zelfs weer redelijk warm. Sturen? Ja, tuurlijk. Veel keus is er niet want rechte wegen kennen die Zwitsers niet in het stuk waarin ik rond mag rijden. Maar geen steppies aan de grond. Ik houd het piano. Als tenminste die takke-Fiat 500 even opzij gaat. De rit voert door de Jura, aan de Zwiterse kant. Verkeer is er nauwelijks. Prachtige uitzichten wel. Ik kom door een uiterst pittoresk dorpje waar ik de naam even van kwijt ben. Op een parkeerterrein zie ik ineens bekende brommers geparkeerd staan. Ik zet de KTM ernaast. Maar waar die gasten zijn? Ik loop terug naar het centre  historique en dan zie ik op een binnenplaats bij een mooi kerkje het gezelschap zitten. Leuk. Ik haak aan. En krijg de tip om naar het toilet te gaan. Dat maak ik graag zelf uit ja? Maar, het toilet is bijzonder. In een kast. Met een koperen fonteintje waar Jozef en Maria naast een uitgelichte spiegel de wacht houden. Ik neem tenminste aan dat het beeldjes van Jozef en Maria zijn want vrolijk kijken ze niet. Ik heb niks met het geloof maar van de zondagsschool, waar ik verplicht naar toe moest, herinner ik me dat die twee weinig vrolijk waren. Hier kijken ze toe als ik sta te plassen. Dat maakt het niet makkelijker.

Zwitserland uit, Frankrijk in. Een dal waar een slingerweg doorheen draait. Bossen. Kilometers lang. Er lijkt geen einde aan te komen. Af en toe een gehucht. Saai, eigenlijk. Een groepje Duitse motorrijders. Allemaal op een GS1200. Natuurlijk. Op fantasie heb ik Duitsers nog nooit kunnen betrappen. En humor hebben ze ook niet. Ik blijf erachter pruttelen. Tot ze gebaren dat ik erlangs moet. Hoezo? Worden ze nerveus van me? Zit ik er te dicht achter? Pffff. Ik geef een kledder gas, de KTM komt los van voren en ik spuit weg. In mijn spiegels zie ik de mannen snel kleiner worden.

Het is rond vieren als ik Allevard binnen rijd. Martine staat me op te wachten en wijst me de kamer. Prima hotel. Opnieuw. Een bejaardenhut. Maar ach, als ik in de spiegel kijk…. Alhoewel de bejaarden die hier in de rondte schuifelen zie ik geen knietje aan de grond rijden. Op het moment van schrijven, even over vijven, hoost het. Toch die regen. Maar we zitten binnen en aan het bier. Het leven is goed.

Alle berichten Rondje Alpen met MoorMotor

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.