#05 Pyreneeën – Overnachten op de Col de la Vars
Woensdag 5 juli 2023. We vertrekken rond acht uur uit Annecy en, inmiddels vaste regel, we slaan het ontbijt over. Dat komt straks wel als we een prettige boulangerie tegenkomen. We gaan vandaag naar een, via Booking.com geregeld, hotelletje vlak voor de Col de la Vars in een skidorp, Les Claux geheten. We mogen ongeveer driehonderd kilometer sturen gedurende, geschat, zesenhalf uur.
Het is druk onder Annecy maar de route stuurt ons tamelijk snel een prachtige Col op. De naam van het ding ben ik even kwijt. Het is mooi sturen en we trekken er nogal stevig aan. Na pakweg een uur vinden we een bakker en laten ons de croissants goed smaken. Mike heeft een probleempje met z’n achterrem. Lucht in de leiding. Mike gebruikt z’n achterrem fors in met name de haarspeldbochten, wat slim is, maar als iets verouderde vloeistof heet wordt, en dat wordt het, dan verdampt het aanwezige vocht en ontstaan bellen. Daarmee verlies je remdruk. Een dag later en onder andere omstandigheden weet Mike het probleem te fiksen. Nu moet het maar even op de voorrem. Die is per definitie toch al belangrijker.
Met enige regelmaat hebben we met wegwerkzaamheden te maken. Wisselstroken die met stoplichten gestuurd worden. Als motorrijders gaan we meestal naar voren en stellen ons vooraan op. Over het algemeen gaat dat prima. We kunnen uiteraard ook netjes in de rij gaan staan maar dat betekent dat we al het blik voor ons daarna willen inhalen. Moet dat persé? Nee. Maar het gaat vanzelf zo. Gelukkig hebben veel Franse automobilisten begrip voor het hogere tempo van veel motorrijders en maken ze ruimte. We waarderen het. We worden soms ook door wegwerkers naar voren gewenkt. Mooi. Leven en laten leven.
Altijd in toervakanties als deze zijn er oepsmomentjes. Zo ook bij ons. Het probleem met routesoftware is dat het… software is. Als ik aan MRA een bochtige route vraag dan geven vijf bochten in een woonwijk een bochtige route. Punt. Als er een makkelijker weg om die woonwijk heen gaat van een kilometer meer, dan rijdt iedereen met gezond verstand die omweg. In principe haal ik dit soort rare tussendoortjes eruit. Alleen nu even niet. Ik maak ook fouten. Zo kan het dus gebeuren dat ik, als ik een prachtige Col-afdaling afkom en de laatste hoek omdraai, ineens Steven op de hoek van een klein straatje zie staan wachten. Steven is vooruit gereden. Hij ziet dat straatje, rijdt te ver door, kijkt op zijn navigatie en ziet dat de route dat straatje in wil. Hij keert om en gaat netjes op dat hoekje staan wachten. Zodat wij dezelfde fout niet maken. Als ik Steven daar zie staan denk ik: “what the f..k!”, ik kijk op de Garmin, zie dat ik dat straatje in moet en knijp in de remmen. Klaar. Iets verder achter mij komt JP aan blazen. JP ziet ons staan, denkt: “what the f..k!”, en knijpt in zijn remmen. Iets harder. Klaar. Als laatste komt Mike maar hij zit iets dichter op JP. Mike denkt: “what the f..k!” en knijpt in zijn remmen. Nog iets harder. Maar JP is te dicht bij en dus tikt Mike JP aan. Die daar niet op rekent en omvalt. Het overkomt ons allemaal een keer. Schade? Een paar krassen op een valbeugel en een paar krassen op een handkap. Mike heeft niks. JP ook niet. Dus is er weinig aan de hand, afgezien van een gedeukt imago bij Mike die baalt als een stekker. Kan hij er iets aan doen? Nee, niet echt. Het is een samenloop van omstandigheden. Iedereen zal achteraf meteen roepen: meer afstand houden, maar dat is best lastig als je in haarspeldbochten aan het gummen bent en op onoverzichtelijke wegen zit. JP is genereus en heeft geen zin om zich druk te maken over die paar krassen. Mooi. En nu? Met z’n drieën sjouwen we de GS overeind. Normaal laat je zo’n ding liggen, immers, er zijn er genoeg, maar we willen graag JP de komende dagen bij ons houden. Dat is veel gezelliger. Dus strijken we de hand over ons hart. En door.
Vandaag is de dag van de Franse Cols. Of ze in de juiste volgorde staan weet ik niet maar we rijden de Col de Glandon, Col de la Croix de Fer (twee kilometer verderop), Alpe d’Huez, Col de Lauteret, Col du Galibier en de Col d’Izoard. Het is één groot feest. De ene is nog mooier dan de andere. Vergelijken mag natuurlijk niet. Natuur wordt niet ontworpen. Die ontstaat. Wij mogen er alleen naar kijken en er doorheen rijden. We maken veel, heel veel foto’s. Ik zie de pukkels voor de zoveelste keer maar gaat dat vervelen? Mij niet. Wat ook opvalt: Mike en Steven beginnen als soort van rookies steeds meer gevoel voor het betere stuurwerk te krijgen. Mooi om te zien. Als je wilt leren bochten rijden dan is dit de perfecte omgeving. Het perfecte weer speelt natuurlijk ook een rol.
Andere noemenswaardigheden? Een motorrijder met een tentje achterop waar hij zijn hondje in meeneemt. Heel Europa door. Geweldig! We ontmoeten hem bovenop een Col waar het beestje heen en weer dartelt. Leuk beest! De hond steelt de harten van iedereen die er rondloopt. Aan aandacht heeft de solorijder op deze manier geen gebrek. De hond maakt vrienden met iedereen. Mooi.
In Les Claux aangekomen melden we ons bij het hotel. Een leuk ding met een echt Oostenrijkse uitstraling. Veel houten balken. Alleen, de hotellier kijkt nogal bedenkelijk. Reservering? Welke reservering? Hij checkt, wij checken… en dan ineens ziet JP: verkeerde datum. Bij het maken van de boeking heeft JP per ongeluk de datum van een toekomstige overnachting in de app laten staan. Oeps. Maar de hotellier is een geschikte vent. Hij heeft kamers dus dat is geen punt, alleen moet het even met Booking gefikst worden. Hij puzzelt en het duurt even maar uiteindelijk komt het goed. Top. We kunnen naar binnen. Douchen. Bier.
Les Claux is een aardig dorp. We wandelen wat rond. Een dingetje: zoals al geschreven is het een echt skidorp. Dat houdt in dat er ‘s-zomers weinig open is. We vinden een barretje waar we een biertje drinken. Steven en Mike vinden een kleine buurtsuper die ook snoep verkoopt. Snoep is een dingetje van de jongens. Kilo’s van dat spul vliegen er doorheen. Ik snoep alleen met ze mee als de zak voor m’n neus staat. Dat gebeurd met enige regelmaat. Steven en Mike vinden ook een hamburgertentje waar ze willen eten. Prima. JP en ik eten in het hotel. We doen Raclette met een goede rode wijn. We weten: Raclette is niets voor Steven. Gescheiden eten, is dat leuk? Wel als je daar van tevoren goede afspraken over maakt. En dat hebben we gedaan. Als we de Raclette achter de kiezen hebben schuiven wat later Mike en Steven ook aan. We hebben alweer een topavond.