Alleen naar de Pyreneeën – dag 12. Een colletje hier en daar
Op hetzelfde veldje staat vijf meter verderop een Spanjaard met zijn tentje. We worden zo ongeveer gelijk wakker. Om pakweg acht uur stap ik mijn tentje uit en begin mijn routine van inpakken, koffie zetten, eitje koken en opladen, de Spanjaard heeft minder handel en is snel klaar. Hij start zijn motor, steekt zijn hand op ter begroeting en verdwijnt van de camping. Ik merkte gisteren toen hij aankwam dat hij Engels spreekt, op een vraag van mij of ik moest helpen. Dat hoefde niet. Verder contact blijft uit. Jammer. Misschien ook mijn schuld. Moet ik mijn mond maar opendoen.
Even over negen verlaat ik de camping in Jaca. Het doel is een camping vlakbij Viella. Met twintig graden een heerlijke temperatuur om te rijden. Na een goed uur rijden door opnieuw een prachtige omgeving besluit ik ergens in een dal even te pauzeren op een soort van rustplaats. Een Aire, zeg maar. Zo’n ding met bankjes. Ik heb er een gewoonte van gemaakt om aantekeningen op de telefoon in te spreken in een voice recorder app. Handig. Ik pak mijn telefoon, wil de app openen, begint het ding tegen me te kletsen. Huh? Blijk ik per ongeluk de Talkback functie te hebben aangezet. Alles, maar dan ook echt alles, dat ik op het apparaat wil doen werkt indirect. Bij elke knop lult het ding terug. Probeer ik instellingen, dan zegt ie “u werkt met instellingen”. Fijn. Dat wist ik al. Maar dat dan echt activeren… ho maar. Uiteraard ligt het aan mij. Die Talkback moet uit. Na twintig minuten vruchteloos gekut kan ik me net voldoende inhouden om het ding niet weg te sodemieteren. Ik bel mijn voormalige schoonzoon. Hij heeft dezelfde telefoon. En ook die belfunctie kost kracht. “U activeert de belfunctie”. DAT WEET IK! Kolereding! Schoonzoon vindt de juiste toetscombinatie. Problem solved. Ik kan het ding weer normaal gebruiken. Wat moet je tegenwoordig zonder mobiel?
Het geplande rondje voert me over een aantal van de mooiste Pyreneeën cols. Als eerste mag ik de Tourmalet op. Alweer. Nu vanuit het zuiden. Daarna omlaag, een dal in op weg naar de Col d’Aubisque. Voor me rijd een vrachtwagencombinatie. Met aanhanger. Een serieus grote. Door dit smalle dal. Hij heeft misschien twee meter over. Ik sluip door dat gaatje en ben er voorbij. Twee bochten verder een tegenligger. Ook een vrachtwagencombinatie. Ook een serieus grote. Er hangt een sliertje auto’s achter. Ik snap meteen: hier ontstaat een enorm probleem. Succes mensen! Gelukkig niet voor mij. Ik ben er door.
De Aubisque is prachtig. Erachter ligt een overgang naar de Col de Soulor. Ik stop daar voor foto’s op een parkeerplaatsje. Dan hoor ik een toeterende motorrijder. Kerst Visser. Met de KTM groep erachter. Ze draaien en komen gezellig bij me staan. Ik wist dat ze dezelfde route zouden rijden maar dit is toch wel erg toevallig. En hartstikke geinig natuurlijk. We babbelen even. Dan weer door. Naar de Col d’Aspin. Niks aan. Saai ding. Volgende col: de Peyresourde. Ook geinig. En daar besluit ik even langs de kant te gaan voor mijn lunch. Een doosje sandwiches, gescoord bij een benzinepomp. Voor mij rijd een Spaanse motorrijder. Hij parkeert bij een stukje prettig gras en een muurtje waar ik ook net in gedachten had te parkeren. Dan maar erachter. Hij zet zijn helm af, kijkt me even aan en dan blijkt het de Spanjaard die vannacht met zijn tentje naast me stond. We zijn allebei stomverbaasd. Nu maken we kennis. Een boks. De Spanjaard blijkt Azer te heten, Met de nadruk op zer. Een vriendelijke vent en we kunnen het meteen goed vinden samen. Leuk! Een van de prettige dingen aan alleen reizen is makkelijk contact leggen. Alleen de taal is een dingetje. Hij vraagt wat mijn plannen zijn. Ik vertel hem over de geplande camping bij Viella. Hij zoekt nog een camping in dezelfde omgeving. Gezamenlijk Googlen we naar campings. Het ding dat ik in gedachten had heeft bereslechte recensies. Zegt niet alles natuurlijk, maar toch. Nu is mijn kennismaking met Azer behalve prettig ook handig, want hij gaat de paar gevonden campings bellen. Niet alles is open. We vinden er één met een zwembad. Waar water in zit. Die doen we.
Eerst de Col d’Arran nog over, die me weer in Spanje brengt. De Arran is prachtig sturen. Ik doe weer even net als gisteren met Groep Kerst, maar nu zonder Groep Kerst. Er is wel een bijkomstigheidje: rolsplit. Kilometerslang. Gelukkig niet over de hele weg gegooid maar voldoende om verrekte goed op te moeten letten. Rolsplit en motorrijden is een onmogelijke combinatie.
Ik vind de afgesproken camping. Een mooi terrein met groen gras en veel bomen. Inchecken gaat vlot. Ik ben de enige gast op de camping. Het restaurant is gesloten. Maar er is inderdaad een zwembad. Ik gooi het tentje overeind en de spullen erin en doe een wasje. Dan arriveert ook Azer. Zijn spullen staan vlot en we babbelen gezellig heen en weer. Azer gaat eten in Viella dat tien kilometer verderop ligt. Ik heb geen dringende behoefte om dat ook te doen want ik heb nog een paar eieren. Weliswaar gekraakt, maar gebakken op een boterham gaat dat best. Zegt mijn vrouw Olga. Met ham erbij. Dat heb ik niet. Geen boterham en geen ham. Azer biedt aan om dat voor me te gaan halen in Viella. Dat is reuze aardig! Eerst nog even zwemmen.
Inmiddels heb ik de eieren gebakken en prima gegeten dankzij de door Azer gehaalde spullen. En tik ik dit stukje. Onder een groot afdak bij de receptie terwijl er een gigantische onweersbui naar beneden komt. Het hoost serieus. Het tentje zit gelukkig dicht geritst en mijn wasgoed hangt in een soort open barbecueruimte onder een afdak. Ben benieuwd hoe dat alles eruit ziet. Ik zit nu droog, maar ik moet wel even oversteken. Eerst maar eens afwachten tot die bui over gaat.
Update. De receptionist heeft een paraplu voor me en inmiddels zit ik in mijn tentje. Alles binnen is gelukkig droog. Inmiddels is het ook opgehouden met regenen. Morgen zou de zon weer moeten schijnen. Da’s mooi. Kan mijn was drogen. En dan kijken wat ik verder ga doen.
Hallo Ron wat een fantastische blogs schrijf je. En daarbij een prachtige website.
Ik blijf je volgen
Groeten Sven
Assen